Ruimtes met eigen logica

Infinite Fun van Maurice Bogaert

De inspiratie voor zijn installatie Infinite Fun ontstond waarschijnlijk op de kermis in het karretje dat de jeugdige Maurice Bogaert door het spookhuis reed. Bij Infinite Fun gaat het niet om de adrenaline, maar om de waarneming. Bogaert bouwt vervormde filmsets en creëert ruimtes met een eigen logica.
1105 Infinite fun
Foto Jelle Feringa
In opdracht van het Utrechtse Festival aan de Werf maakte beeldend kunstenaar Maurice Bogaert (Heerlen, 1975) de kijkmachine Infinite Fun. De architectuur is gebaseerd op de Möbius band, een wiskundige figuur die zich begeeft op de grens van het mogelijke en het ervaarbare. Bogaert slaagde erin dit concept te vertalen naar een fysieke ervaring voor de toeschouwer.
1105 infinite fun 3
Foto Maurice Bogaert
1105 infinite fun 4
Foto Maurice Bogaert

Möbius band

Als ik hem spreek is Bogaert ruim een week bezig met de bouw van zijn installatie. Met vier man hebben ze de houten frames en de enorme aluminium platen gemonteerd. Gisteren hebben ze er een loopvloer in gelegd bestaande uit metalen roosters. Op wat details na is de installatie klaar. Over twee dagen opent de 26e editie van het Festival aan de Werf. Een collega poetst nog een bloedvlek van de aluminiumplaten. Het is me niet helemaal duidelijk of Maurice een grap maakt. Duidelijk is wel dat er hard is gewerkt en dat er hier en daar een vinger is beschadigd. Bogaert zit op een pallet in zijn timmermansoverall. Op de achtergrond klinken bastonen vanuit de dB-studio’s verderop in de loods. Bogaert heeft net een gemeenteambtenaar te woord gestaan, die controleert of de installatie aan alle veiligheidsvoorschriften voldoet. Het blijkt in orde, hoewel mensen bij het instappen moeten opletten dat ze hun hoofd niet stoten.
 
Bogaert vraagt een blaadje uit mijn schrijfblok. Met zijn zwarte vingers scheurt hij een strook papier af, brengt de uiteinden bij elkaar en draait één van de uiteinden een halve slag. Hij toont me de papieren Möbius band, een ruimtelijke figuur die tussen twee en drie dimensies in zit en is vernoemd naar de wiskundige uit Leipzig die de figuur halverwege de negentiende eeuw ontdekte. Achter Bogaert is dezelfde vorm uitvergroot zichtbaar in zijn installatie.  
 
Als ik de installatie betreed, krijg ik de neiging om steeds harder te gaan lopen, rondjes te rennen. Het looprooster is vlak, maar door de vloeiende lijnen van twee Möbius strips die een plafond boven en een vloer onder me vormen, buitelt de ruimte om me heen en beleef ik de wandeling in de installatie heel fysiek. 
Met een enkele stap kun je ook afdalen ín de installatie om de ‘machinerie’ eens goed te bekijken. Spots lichten alles mooi uit en werpen door de metalen roosters een fraaie schaduw op de goudgele aluminium platen. 
1105 infinite fun 5
Foto Maurice Bogaert

Vervormde filmset

Aanvankelijk noemde Bogaert zijn installatie Möbius Motel. Een nagebouwde hotelgang compleet met deuren en lambriseringen zou het uitgangspunt zijn. Maar omdat zijn werk niet over een hotel gaat, is die gang steeds verder geabstraheerd. Sinds 2008 onderzoekt Bogaert hoe we via bewegend beeld naar de werkelijkheid kijken. ‘Architectuur in relatie tot film is iets wat me mateloos interesseert. Door camerabeweging en montage kan een eenheid worden gesuggereerd die in werkelijkheid uit losse elementen bestaat. De verschillende kamers in een huis hoeven zich niet per se in hetzelfde gebouw te bevinden, een deur leidt niet per se naar de aangrenzende ruimte. Soms bestaat zo’n kamer, deur of gang überhaupt niet, maar is het slechts boardkarton. Of soms bestaat een kamer alleen maar uit programmeertaal, uit enen en nullen. […] Waar fysieke architectuur door drie dimensies wordt bepaald, zou je daar bij filmische architectuur camerabeweging en montage aan toe kunnen voegen. Maar die vijf dimensies zien we als kijker niet. Als kijker zien we alleen het bewegende schilderij; hoogte, breedte en duur of tijd. Het hele zaakje wordt als het ware gecomprimeerd. En bij dat comprimeren ontstaan kleine foutjes, misinterpretaties. Juist die foutjes vind ik spannend.’
Bogaert bouwt filmsets en creëert ruimtes met een eigen logica. Voor een nieuw te realiseren project dit najaar in Zaal 5 in Den Haag bouwt Bogaert op schaal de set na van de Polanski-film Repulsion (1965). Hij past de set zodanig aan, dat je met een specifieke routing door het decor de film in één shot op kunt nemen. In Infinite Fun wordt de beweging die in een film met camera en montage wordt gecreëerd, vervangen door de beweging en de blik van de toeschouwer. 
1105 Infinite fun 2
Foto Jelle Feringa

Science fiction

Ook in sommige science fiction verhalen speelt het idee van de onmogelijke architectuur die tussen twee en drie dimensies in zit een rol, bijvoorbeeld in The Wall of Darkness (1949) van Arthur C. Clarke. De held van dit verhaal beklimt een kolossale muur en bemerkt dat deze geen andere kant heeft. Bogaert is liefhebber van science fiction en van spookverhalen en haalt er inspiratie voor zijn werk uit. Maar die inspiratie haalt hij ook uit soaps, die hij ziet als ensceneringen van het alledaagse leven, of uit de architectuur van Mies van der Rohe. En natuurlijk uit de spookhuizen op de kermis uit zijn jeugd in Zuid-Limburg. ‘Misschien is Infinite Fun wel een soort spookhuis,’ vertelt Bogaert, ‘maar dan geabstraheerd tot een sculptuur. Het gaat in mijn werk niet om de adrenaline, maar om de waarneming. Het is een kijkmachine die één beeld kan maken.’
 
Met zijn idee voor Infinite Fun won Bogaert de vormgeverspitch voor een autonoom ruimtelijk project. Hij ontving 20.000 euro om zijn concept als festivalproductie te realiseren. Bogaert werkt op het grensvlak van beeldende kunst, theater, film, architectuur en performance en is helemaal op zijn plek bij het interdisciplinaire festival. Hij deelt zijn festivalonderkomen in het CAB-Rondom gebouw in Utrecht-West met andere kunstenaars, muzikanten en theatermakers. Behalve zijn kijkmachine zijn er verschillende interactieve soundscape-achtige installaties en is er een dansvoorstelling van Boukje Schweigman. Verder kun je in de loodsen en caravans op het bedrijventerrein aan de Cartesiusweg terecht voor een drankje, Japanse hapjes en de dansvloer. Het belooft een gezellige boel te worden op deze satellietlocatie. Infinite Fun!


(c) Lucy, 20-05-2011. Tekst: Mireille de Putter
Maurice Bogaert
Infinite Fun
ontwerp i.s.m. architect Jelle Feringa
19 mei – 28 mei 2011
Festival aan de Werf, CAB-Rondom 90, Cartesiusweg in Utrecht
www.festivalaandewerf.nl